Kinderen met een verstandelijke beperking maken relatief vaker een ingrijpende jeugdervaring mee dan kinderen zonder beperkingen. Dit heeft gevolgen voor hun psychische en fysieke gezondheid in hun latere leven. De impact van ingrijpende jeugdervaringen ofwel ACE’s worden door hulpverleners niet altijd herkend. Hierdoor krijgen cliënten niet de ondersteuning en behandeling die ze nodig hebben. In deze blog lees je meer over ACE’s, de impact hiervan op een mensenleven en de mogelijkheden voor behandeling of ondersteuning.
ACE’s zijn ingrijpende jeugdervaringen. Er zijn wereldwijd 10 ACE’s waar veel onderzoek naar wordt gedaan, dit zijn: fysieke en emotionele minshandeling, fysieke of emotionele verwaarlozing, seksueel misbruik, gezinslid in de gevangenis, scheiding van opvoeders, huiselijk geweld, middelen gebruik in het gezin en psychische gezondheidsproblemen in het gezin. Recent wordt er ook onderzoek gedaan naar ACE’s buiten het gezin, zoals sociale uitsluiting, niet thuis kunnen opgroeien of ernstige schoolproblemen.
Bovengenoemde negatieve ervaringen leveren een significante bijdrage aan negatieve gezondheidsuitkomsten in de kindertijd, adolescentie en/of volwassenheid. Bij jonge mensen is het brein nog volop in ontwikkeling, ze zijn afhankelijk van hun omgeving. De invloed van negatieve maar ook positieve ervaringen is bij kinderen en jongeren dan ook het grootst.
De impact van ACE’s heeft vaak een cumulatief effect; het meemaken van een ingrijpende gebeurtenis leidt vaak tot meer ingrijpende gebeurtenissen
Een relatief groot deel van de Nederlandse bevolking zegt een ingrijpende jeugdervaring te hebben meegemaakt. In het eerste Nederlandse onderzoek zegt 44% van de volwassen en 45,3% van de kinderen dat ze tenminste één ACE hebben gehad. In dit onderzoek zijn echter geen mensen met cognitieve en adaptieve beperkingen meegenomen.
Er zijn aanwijzingen dat ACE’s onder kwetsbare groepen vaker voorkomen. Er is een studie uitgevoerd onder kinderen met een verstandelijke beperking en bijkomende psychiatrische of systeemproblematiek die tijdelijk of langdurig in een residentiële setting verbleven. Uit de studie kwam naar voren dat 90% van de kinderen minimaal één ACE had meegemaakt. Ook onder volwassen met cognitieve en adaptieve beperking zegt 80% ten minste een ingrijpende jeugdervaring te hebben gehad.
Mensen met een verstandelijke beperking hebben meer kans op een negatieve ervaring, zoals nare medische behandelingen, uithuisplaatsing, wisseling van begeleiders, enzovoorts. Ze zijn door hun beperkingen vaker afhankelijk van hun omgeving en kunnen ze zichzelf minder goed beschermen tegen (de gevolgen van) negatieve gebeurtenissen. Door hun cognitieve beperkingen hebben ze minder mogelijkheden om te begrijpen wat hen is overkomen en te verwoorden wat de ingrijpende ervaring voor hen heeft betekend.
Als mensen een ingrijpende ervaring meemaken dan worden ze langdurig blootgesteld aan stress. Dit is geen gezonde stress maar toxische stress. Het stresssysteem komt niet meer tot rust en wordt telkens geactiveerd. Chronische stress ontregelt het stressnetwerk dusdanig dat het stresssysteem (in het latere leven) ook bij relatief milde stressoren actief wordt. Daarnaast kan een stressreactie langer aanhouden en zo tot psychische uitputting en psychische en fysieke schade leiden. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat toxische stress bij mensen met verstandelijke beperkingen vaker leidt tot het ontwikkelen van stressklachten.
Mensen met een verstandelijke beperking kunnen minder goed verbaal uiten welke negatieve gebeurtenissen ze hebben meegemaakt en welke impact die op hen had. De gevolgen van toxische stress worden daarom vaak gedragsmatig geuit via probleemgedrag. Hulpverleners herkennen het probleemgedrag niet altijd als het gevolg van een ACE. Ze zien het eerder als een gevolg van de cognitieve en adaptieve beperkingen. Als een ACE niet herkend wordt bij een cliënt met een verstandelijke beperking dan worden meestal ook niet de juiste interventies ingezet.
Gezonde steunende relaties hebben compenserende effect op de negatieve gevolgen van ACE’s. Als hulpverleners te maken krijgen met cliënten die zijn blootgesteld aan een ingrijpende jeugdervaring en toxische stress dan kunnen zij het welbevinden, functioneren en gezondheid van deze cliënt helpen verbeteren. Een PCE speelt hierbij een belangrijke rol.
Levenservaringen, zowel positief als negatief, vormen gezamenlijk het terrein van Trauma Informed Care (TIC). Trauma Informed Care is een organisatiebreed raamwerk dat bestaat uit een cultuur, structuur en een behandelkader. Er is ook veel aandacht voor attitude, zelfbewustzijn en zelfzorg van medewerkers.
De focus van de hulpverlening verschuift van “Wat is mis met jou?“ naar een systemisch verhaal-gebaseerde benadering van “Wat is jou overkomen?” gevolgd door de vraag “Hoe kunnen wij jou daarbij helpen?”. TIC ziet de ervaringen en manier waarop een kind is opgegroeid als belangrijke informatie voor de integrale en verklarende probleem/krachtenanalyse. TIC gaat uit van fundamentele menselijkheid, krachten, kwetsbaarheid en een intergenerationele blik. Daarnaast is er ook oog voor de creativiteit van cliënten en het potentieel om binnen relaties te kunnen verbinden en helen. TIC wil een optimale omgeving bieden voor ontwikkeling van herstel van zowel cliënten, familie en hulpverleners. Belangrijk in zo’n omgeving zijn regulatie, verbinding en veiligheid
Trauma informed Care kent 4 hoofdoelen: beseffen, herkennen, handelen en het voorkomen van (her)traumatisering:
FORTIOR organiseert een online werkplaats over TIC. In 7 bijeenkomsten leer je hoe je vanuit het organisatieontwikkelingsmodel Trauma Informed Care kunt investeren in de organisatiecultuur, de kwaliteit van het werk en het welzijn van de medewerkers? Lees hier meer over de online werkplaats
Bron:
Waarom Trauma Informed Care als organisatiebreed organisatiemodel voor trauma sensitieve zorg? (2022) door Jessica Vervoort-Schel, Rianne Pellemans-van Rooijen, Roel Kooijmans en Xavier Moonen https://www.kenniscentrumlvb.nl/wp-content/uploads/2022/05/16052022_Artikel_Vervoort_et_al.pdf