De Polyvagaaltheorie van Stephen W. Porges biedt een verklaring voor het feit dat een gevoel van veiligheid afhankelijk is van onze autonome toestand en dat veiligheidssignalen ons autonoom zenuwstelsel helpen kalmeren. Een kalme fysiologische toestand biedt mensen de gelegenheid om veilige en vertrouwde relaties aan te gaan. Dit geeft mensen weer meer mogelijkheden om hun gedragsmatige en fysiologische toestand te coreguleren. Deze “cirkel” van regulatie is kenmerkend voor gezonde relaties die bijdragen aan psychische en lichamelijke gezondheid. In deze blog lees je meer over de Polyvagaaltheorie en de toepasbaarheid in de verstandelijk gehandicaptenzorg.
Porges verbaast zich erover dat in onze westerse maatschappij zo weinig aandacht is voor de belangrijke rol die “veiligheid” in het leven van mensen speelt. Misschien wordt de rol van veiligheid over het hoofd gezien omdat er een verkeerd beeld bestaat van veiligheid.
Veiligheid wordt door de overheid en (zorg)organisaties mogelijk meer opgevat in de zin van veiligheidsmaatregelen, zoals de inzet van camera’s, alarmsystemen of hekken. Deze omschrijvingen van veiligheid komen niet overeen met de manier waarop mensen veiligheid lichamelijk ervaren.
Porges noemt in zijn boek een voorbeeld van universiteiten die werken met een helder evaluatiemodel waarmee ideeën en artikelen kritisch worden beoordeeld. Als dit soort evaluatie modellen voortdurend worden gebruikt stelt de fysiologische toestand van mensen zich in op “verdediging”. Dit zal leiden tot een (onbewust) gevoel van onveiligheid dat niet bevorderlijk is voor de creativiteit die nodig is voor ontluikende wetenschappelijke theorieën.
Veiligheid is essentieel voor mensen om hun volledig potentieel te benutten. Het is een voorwaarde voor sociaal gedrag, creativiteit en productiviteit. Zorgen voor veiligheid bestaat uit meer dan het wegnemen van een (fysieke) dreiging. Het is belangrijk dat we van onze omgeving en relaties signalen krijgen die onze defensieve neurale netwerken remmen.
Wil je meer weten? Bekijk hier de studiedag.
Deb Dana is gespecialiseerd in de therapeutische begeleiding van mensen met (complex) trauma op basis van de Polyvagaaltheorie. Zij zegt: “De taak van het autonome zenuwstelsel is om ervoor te zorgen dat we overleven op momenten van gevaar en opbloeien in tijden van veiligheid. Om te kunnen overleven, moeten we bedreigingen kunnen herkennen en moet er een overlevingsrespons worden geactiveerd. Voor opbloeien is precies het tegenovergestelde nodig – het afremmen van de overlevingsrespons, zodat sociale betrokkenheid mogelijk wordt. Als we dit vermogen tot activering, remming en flexibiliteit van reageren niet hebben, maakt dat ons leven zwaar.”
Het autonome zenuwstelsel is dus voortdurend aan en is op zoek naar signalen van gevaar en signalen van veiligheid. Als ons brein en lijf bedreiging ervaren, dan beschermen we onszelf met gedrag. Als we vervuld zijn met angst, boosheid, spanning of zorgen dan is ons zenuwstelsel niet in staat om te leren, logisch na te denken of te luisteren naar een ander.
De Polyvagaaltheorie laat zien dat regulatie belangrijk is. Annemiek Grijpma is orthopedagoog en GZ-psycholoog en ze werkte ruim 18 jaar bij een zorgorganisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. Zij ziet probleemgedrag als een chronische dysregulatie. Als een cliënt woont in een woongroep waar hij niet begrepen wordt, dan is dat heel bedreigend. Het zenuwstelsel sluit zich af voor een gevoel van veiligheid en connectie met anderen. De chronische problematische gedragsuitdagingen, die vaak voorkomen in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking, zijn dan ook uitingen van een mens die permanent leeft in een staat van bedreiging en overleving.
De zenuwstelsels van cliënten en begeleiders beïnvloeden elkaar. Bijvoorbeeld als een cliënt lastig gedrag laat zien, dan heeft dat ook invloed op het zenuwstelsel van de begeleider. Zo kan de stress van de begeleider weer voor extra spanning (en dus onveiligheid) zorgen. Vervolgens kan een neerwaartse spiraal ontstaan van emoties, gedachtes en stressreacties.
Als een begeleider zich bewust is van de toestand van haar zenuwstelsel als de spanning oploopt. En vervolgens in staat is om haar zenuwstelsel tot rust te brengen, dan is de begeleider ook in staat om haar kalme gereguleerde zenuwstelsel te delen met de cliënt. Dit is co-regulatie. Dat is waar de vaak beschadigde cliënten behoefte aan hebben. Ze hebben nood aan veiligheid, connectie, voorspelbaarheid en emotionele beschikbaarheid van hun begeleiders.
Veel mensen met een verstandelijke beperking, die in voorzieningen wonen of verblijven, zijn bezig met overleven. Volgens Annemiek Grijpma is het aan de professionals in de gehandicaptenzorg om te zorgen voor een omgeving waarin co-regulatie en verbinding het fundament zijn van de dagelijkse zorg en ondersteuning. Zo komt er ruimte voor cliënten om relaties op te bouwen waarin ze zich gehoord en gezien voelen, veilig zijn en kalmte ervaren.
Annemiek Grijpma geeft samen met Bianca Vugts een studiedag over de toepassing van de Polyvagaaltheorie in de zorg en ondersteuning van mensen met een verstandelijke beperking.
Schrijf je hier in voor deze studiedag
Bronnen:
Dana. D (2020) Basisboek de polyvagaal theorie in therapie. Het ritme van regulatie. Eesterveen, Uitgeverij Mens (Oorspronkelijke titel: The Polyvagal Theory in Therapy: Engaging the Rhythm of Regulation; New York: Ww Norton & Co)
Porges, S.W. (2018). De Polyvagaaltheorie en de transformerende kracht van je veilig voelen: Traumabehandeling, sociale betrokkenheid en gehechtheid. Eeserveen, Uitgeverij Mens. (Oorspr. The Polyvagal Theory: neurophysiological foundations of emotions, attachment, communication, self-regulation. New York: Ww Norton & Co).
Blog van Annemiek Grijpma: https://www.linkedin.com/pulse/probleemgedrag-neeeen-reactie-van-het-zenuwstelsel-annemiek-grijpma/?originalSubdomain=nl