De meeste zorgprofessionals hebben een drukbezette baan waarbij de aandacht moet worden verdeeld tussen meerdere werkzaamheden. Sommige hulpverleners voelen zich aan het eind van de dag dan ook helemaal leeggezogen. Dit kan enerzijds worden veroorzaakt door een onhandige planning of onderbezetting, anderzijds heeft de zorgprofessional hierop zelf ook invloed. Volgens Pouwel van de Siepkamp (docent in de methode Gentle Teaching) is de feitelijke werklast zelden het echte probleem. Het belangrijkste probleem is de werkdruk die we op mentaal niveau ervaren, het is de energie die weglekt. Als mensen hun geest tot rust brengen kunnen ze gemakkelijker hun aandacht richten. Volledige positieve aandacht is niet alleen belangrijk voor de zorgprofessional zelf maar ook voor de cliënt.
Een zenleerling vroeg aan zijn leraar hoe deze verlichting wilde bereiken. Het antwoord luidde eenvoudig: “door te eten en te slapen”. De leerling was verbaasd en vroeg verder: “Hoe doet u dat dan, iedereen eet en slaapt immers?” Hierop antwoordde de leraar: “Ja, maar niet iedereen eet als hij eet of slaapt als hij slaapt.”
De meeste mensen hebben onvoldoende geleerd om hun aandacht lange tijd ergens op te richten. Bij een ingewikkelde klus lukt het vaak wel om de aandacht vast te houden maar bij routinematige werkzaamheden dwalen gedachten gemakkelijk af. Als zorgverlener kun je een dergelijke houding eigenlijk niet permitteren, aldus Pouwel van de Siepkamp. Als we onze cliënten willen helpen dan zullen we aandachtig moeten zijn en de onrust uit onze geest moeten bannen. Cliënten hebben hier baat bij en ook de zorgverleners zelf zullen meer voldoening uit hun werk halen. Want het levert een bijdrage aan de zingeving van het werk en het reduceert werkdruk.
Volgens Pouwel van de Siepkamp is het vaak ons ego dat het moeilijk maakt om aandacht te richten. Ons ego is waarschijnlijk de belangrijkste stoorzender in onze geest. We komen een stuk verder als we weten hoe ons ego werkt en hoe het onze gedachten in beslag neemt. De meeste mensen hebben een beeld gevormd over zichzelf. Bijvoorbeeld: “Ik ben een goede professional”. Op het moment dat je teleurgesteld bent over onterechte kritiek op je werk, is in principe je ego aan het werk. Het verwerken van deze teleurstelling kan je aandacht vragen, ook als je met een cliënt bezig bent.
Natuurlijk is het heel vervelend als iemand een onterecht oordeel over je velt. Het kan heel goed zijn dat dit je raakt. Maar je er over opwinden dan doe je toch echt zelf, omdat je waarschijnlijk vindt dat niemand een onterecht oordeel over je mag hebben. Waarom lukt het je niet om er gewoon zelf van overtuigd te zijn dat je juist gehandeld hebt? Waarom zou je altijd “iets” moeten met de kritiek van een ander?
Tegenover het ego – dat trots is en steeds vraagt om erkenning – staat zelfbewustzijn. Dit is gebaseerd op een reëel inzicht in je eigen kwaliteiten en de beperkingen hiervan. Het is gebaseerd op een reëel inzicht in de relatie die je tot anderen hebt en wat je hen te bieden hebt. Het zelfbewustzijn is op een positieve wijze naar buiten gericht. Daarnaast is het ook belangrijk dat je je eigen grenzen bewaakt zonder iemand te schaden. Als je immers niet in staat bent om voor jezelf te zorgen dan kun je ook niet voor een ander zorgen.
Het tot rust brengen van de geest klinkt misschien zweverig. Maar volgens Pouwel van den Siepkamp is het verre van dat. Het geeft je een stevige basis waarin je je zeker kunt voelen. Het is mogelijk om “het tot rust brengen van je geest & met aandacht aanwezig zijn” te oefenen. In het boek zorg met compassie staan een aantal oefeningen waarmee je kunt leren om je aandacht te richten.
FORTIOR organiseert trainingen voor professionals in de gehandicaptenzorg rond de thema’s emotionele ontwikkeling, relatie en communicatie. Bekijk hier de scholingsagenda van FORTIOR>>
Bronvermelding:
“Zorg met compassie. Boeddhisme als inspiratie voor zorg en welzijn.” door Pouwel van de Siepkamp.