Werken met mensen betekent je voortdurend afstemmen op de persoon die aan jouw zorg is toevertrouwd. Het betekent dat je actief probeert er achter te komen wat iemand beweegt, wat zijn behoeften zijn, om daar vervolgens bij aan te sluiten. Dat is een mooie uitdaging maar niet altijd een eenvoudige opgave. Vooral niet in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking.
Een manier om wat meer zicht te krijgen op de beleving van de cliënt is door te kijken vanuit de bril van ‘Ervaringsordening’ (Timmers-Huigens). Deze theorie maakt duidelijk hoe mensen alle prikkels die op hen afkomen verwerken tot hun dagelijkse ervaringen. Het gaat daarbij niet over mensen met een beperking, over ouderen of over mensen met een psychiatrische aandoening. Het gaat over iedereen. Je leert je inleven in de cliënt doordat duidelijk wordt hoe mensen (dus ook jij!) de wereld om zich heen beleven en tegemoet treden. Ervaringsordening zet dan ook aan om mensen te begrijpen in hun medemenselijkheid in plaats van te focussen op verschillen.
Als we goed begrijpen hoe dat werkt, dat ordenen van onze ervaringen, begrijpen we ook veel beter hoe gedrag van mensen tot stand komt. Bovendien krijgen we dan ook meer zicht op hoe we anderen daarin het beste kunnen ondersteunen.
In het boek “werken met ervaringsordening” beschrijft psychologe Bianca Vugts hoe je de theorie van ervaringsordening kunt toepassen op mensen met een (ernstige) verstandelijke beperking. Dit doet ze aan de hand van veel praktische voorbeelden.
Bestellen